Wat doen de overheden?

Om zich te voorbereiden op mogelijke noodsituaties, stellen overheden en interventiediensten noodplannen op. Die noodplannen testen ze regelmatig.
Daarnaast wil de overheid jou, als burger, ook voorbereiden op een noodsituatie, door te communiceren over de potentiele risico’s en over de aanbevelingen tijdens een crisis:
Vóór de noodsituatie | Tijdens de noodsituatie | Na de noodsituatie |
---|---|---|
Informatie over:
|
|
Informatie over:
|
Naast algemene aanbevelingen voor de bevolking, informeren de overheden indien mogelijk bepaalde doelgroepen naargelang hun specifieke situatie.
Alarmering van de bevolking
In noodsituaties is een snelle alarmering van de bevolking van levensbelang. Hiervoor bestaan verschillende alarmeringskanalen:
-
BE-Alert - Meteen verwittigd in een noodsituatie? Schrijf je in op BE-Alert om een bericht via SMS, telefoon of e-mail te krijgen.
-
politiewagens met luidspreker
-
radio en tv
-
sociale media (bv. @Crisiscenterbe)
- …
De bevoegde overheid gebruikt alle mogelijke en beschikbare middelen om de betrokken bevolking snel en efficiënt te alarmeren. Doorgaans zal een combinatie van verschillende alarmeringskanalen het mogelijk maken om zoveel mogelijk personen te bereiken.
Regelmatige oefeningen
De overheden testen ook regelmatig hun noodplan. Er bestaan twee soorten oefeningen:
-
Theoretische oefeningen: de diverse actoren worden rond de tafel gebracht en bespreken hoe ze in echte situatie interveniëren.
- Terrein-oefeningen: de oefening wordt in scène gezet op de plaats van de noodsituatie (simulatie). In principe worden de teams en de middelen echt ingezet op deze plaats, maar er zijn verschillende modaliteiten mogelijk.